Capatect PS-Dämmplatte 040 600
Gevelisolatieplaten van geëxpandeerd polystyreenschuim,type EPS 040 WDV volgens DIN EN 13163
Toepassing
Gevelisolatieplaten voor de Capatect-WDV-Systemen B. Te bevestigen door middel van lijm, indien noodzakelijk in combinatie met pluggen.Eigenschappen
- brandklasse B1 (DIN 4102), Euroklasse E
- type EPS 040 WDV
- kwaliteitscontrole BFA QS
- druipt niet bij brand
- vormvast
- krimpvrij
- zeer lange levensduur
- vrij van giftige stoffen
- bevat geen cfk, hfckw, hfkw en formaldehyde
- eenvoudig te verwerken
Kleur
WitOpslag
Droog en beschermd opslaan.Tegen vocht en UV-stralen beschermen.
Warmtegeleiding
0,038 W/(m·K)Diffusieweerstandsfactor µ (H2O)
µ = 20/50 conform DIN EN 12086Treksterkte
ca. 100 kPa conform DIN EN 1607Schuifsterkte
ca. 100 kPa conform DIN EN 12 090Stortgewicht
15–20 kg/m3 conform DIN EN 1602Irreversibele lengteverandering
≤ 0,15 %Dikte isolatieplaat (mm) | Verpaking (m2)✱ in krimpfolie | Afmeting isolatieplaat: 1000 x 500 mm | ||
Product-nr. | ||||
Zijkant: stomp | Zijkant: messing/groef | Zijkant: sponning | ||
10 | 25,0 | 600/01 | – | – |
20 | 12,5 | 600/02 | – | – |
30 | 8,0 | 600/03 | – | – |
40 | 6,0 | 600/04 | 601/04 | 602/04 |
50 | 5,0 | 600/05 | 601/05 | 602/05 |
60 | 4,0 | 600/06 | 601/06 | 602/06 |
70 | 3,5 | 600/07 | 601/07 | 602/07 |
80 | 3,0 | 600/08 | 601/08 | 602/08 |
100 | 2,5 | 600/10 | 601/10 | 602/10 |
120 | 2,0 | 600/12 | 601/12 | 602/12 |
140 | 1,5 | 600/14 | 601/14 | 602/14 |
160 | 1,5 | 600/16 | 601/16 | 602/16 |
180 | 1,0 | 600/18 | 601/18 | 602/18 |
200 | 1,0 | 600/20 | 601/20 | 602/20 |
Speciale dikten op aanvraag | ||||
✱ Het rendement is bij messing en groef ca. 3 % en bij sponning ca. 4 % lager. | ||||
Huizen met een zeer hoge isolatiewaarde (Passivhäuser) | ||||
300 | 1 stuk | 600/30 | Standaardelement 1000 x 500 mm | |
300 | 1 stuk | 600/30 E | Hoekelement 800 x 500 mm |
Geschikte ondergronden
Minerale ondergronden, goed hechtende pleister- en verflagen, cementgebonden vezelplaten en andere draagkrachtige, gladde ondergronden.Voorbereiding van de ondergrond
De ondergrond moet draagkrachtig, schoon, droog en en vrij van stoffen die de hechting verminderen .Slecht hechtende en bladderende verflagen en structuurpleisters verwijderen. Losse delen verwijderen en holtes openhakken en repareren. Sterk zuigende en zanderige ondergronden tot op de vaste ondergrond schoonmaken en met Sylitol® RapidGrund 111 voorstrijken.
Verwerkingsmethode
Handmatig aanbrengen van de lijmlaag
De lijm volgens de zogeheten ‘punt/worst’- methode (de rand ongeveer 5 cm breed en 3 handpalmgrote dotten lijm in het midden) op het aanhechtingsvlak van de plaat aanbrengen. De lijm dusdanig aanbrengen dat 40% of meer van het oppervlak wordt bedekt. Bij afwerking met Ceratherm moet het lijmoppervlak op de ondergrond >60% zijn. Op gladde, egale ondergronden mag de lijmlaag over het gehele plaatoppervlak worden aangebracht. De lijmlaag met een getande spaan doorkammen. Het lijmverbruik is afhankelijk van de ondergrond. Oneffenheden tot ca. 1 cm kunnen met lijm worden weggewerkt. Bij het lijmen met Capatect-Rollkleber 615 moet de ondergrond absoluut vlak zijn en lijm met de getande spaan of roller over het gehele oppervlak worden aangebracht.
Machinaal aanbrengen van de lijmlaag
Met de tot het systeem behorende lijm en geschikte spuitmachine op de ondergrond horizontaal worststrepen lijm spuiten (lijmcontact moet ≥60% zijn). De worststreep lijm moet ca. 6,0 cm breed zijn en minimaal 10 mm dik. De asafstand tussen de worststrepen mag niet meer zijn dan 10 cm. De isolatieplaat direct in de nog natte lijmlaag aanbrengen door schuiven en goed aandrukken. Er mag geen droge laag gevormd zijn op de lijmlaag.
De isolatieplaten in steensverband horizontaal en loodrecht aanbrengen en goed aandrukken. Geen lijm op de zijkant van de plaat aanbrengen. Indien er ruimte tussen de platen ontstaat, maximaal 0,5 cm breed, deze opvullen met Capatect-Füllsschaum B1.
Niveauverschillen tussen de platen onderling moeten voorkomen worden. Eventueel aanwezige oneffenheden van de polystyreenplaten wegschuren. Schuurstof verwijderen.
Bij een overgang naar een andere ondergrond of bij voegen moet de isolatieplaat minimaal 10 cm overlappend worden aangebracht.
Bij dikte isolatieplaat > 100 mm advies aanvragen bij DAW Belgium.
Zie voor verdere informatie over het lijmen van en het bevestigen met pluggen van isolatieplaten de Technische Informatie.
Verbruik
1 m2/m2Verwerkingsomstandigheden
Tijdens verwerken en drogen mag de temperatuur niet lager dan 5 °C en hoger dab 30 °C zijn. Capatect-gevelisolatieplaten mogen niet voor langere tijd onbehandeld blijven. Door UV-licht ontstaat vergeling aan het oppervlak. Eventuele vergeling door schuren verwijderen. De platen mogen niet in contact komen met oplosmiddelen.Isoleren passiefhuis
Bij het isoleren van Passivhäusern worden veelal plaatdikten vanaf 300 mm toegepast. Voor de hoeken zijn speciaal voorgevormde hoekelementen te leveren. De hoekelementen eerst verlijmen op de juiste hoogte, vervolgens de geveldelen isoleren. Gebruik hiervoor een richtlijn van hoek tot hoek.
Wordt gestart zonder ondersteuning, dan de eerste rij platen mechanisch verankeren.
Afval
Inhoud / verpakking afvoeren volgens lokale regelgeving.Logo: Ü-symbool
Z-33.41-130Z-33.47-859
Z-33.46-1091
Z-33.84-995
Z-33.49-1071
Z-33.84-1018
ETA-07/0184
ETA-10/0160
Servicecentrum
DAW Belgium B.V.Tél.: (+32) (0)11 60 56 30
Fax: (+32) (0)11 52 56 07
E-mail: info-tech@daw.be
www.caparol.be